Northern Territory Outback
The Red Centre zoals de meeste mensen het middelste gedeelte van deze staat noemen is een vreemde plaats voor de meeste buitenlanders. Rood zand, veel vliegen (in sommige seizoenen), extreme temperaturen, om de 200 km een tankstation als je geluk hebt, veel vreemde natuurverschijnselen en een 1500 km lange asfalt- en zandwegen die al deze dingen met elkaar verbinden. Vreemd genoeg wil toch nog 1% van de Australische bevolking er leven, zo'n 25.000 mensen. Vreemd genoeg op het eerste gezicht, want de outback van Northern Territory en South Australia heeft veel interessants te bieden; ongelofelijk mooie natuur, zeer bijzondere luchten bij zonsondergang en zonsopkomst, enorm veel ruimte en je kan er uren rijden zonder verandering in het landschap te zien. Toch is het niet alleen maar rood zand wat je te zien krijgt. Veel mensen verwachten uitgestrekte zandlandschappen in de woestijn, maar niets is minder waar. Er is redelijk wat vegetatie, mooie gumtrees in de rivierbeddingen en verschillende landschappen. Er zijn bergketens, savannelandschappen, heuvels en heel af en toe dat echte woestijnzandlandschap wat iedereen verwacht. De rode aarde bestaat uit zand en wordt ook wel pindan genoemd. De intense rood-oranje kleur komt door het hoge ijzergehalte in de grond en dit gaat roesten door de regen en luchtvochtigheid.
De outback is een ruim begrip in Australië. Veel toeristen denken alleen aan Alice Springs en Uluru wanneer ze dit woord horen, maar het betekent eigenlijk alle afgelegen gebieden en regio's binnen Australië. En dit zijn er nogal wat. Meer dan 80% van het land valt onder het begrip 'the outback' en is dus in bijna alle staten te vinden.
Het reizen door de outback is totaal anders dan de rest van Australië. Er zijn vaak de nodige voorbereidinge die je moet plannen. Afstanden zijn over het algemeen te groot om op en neer te rijden of op de bonnefooi op pad te gaan. Ook de brandstofprijzen liggen hoger dan in de rest van het land, nog een goede reden om te plannen. De bezineprijzen verschillen enorm per plek. Het is erg verstandig om in de grote steden vol te tanken, daar betaal je zo rond de 1,40 dollar voor een litertje benzine. De prijzen in de echte outback kunnen al snel richting de 2,00 dollar de liter of meer gaan! Ook kun je de kosten laag houden als je met je auto of camper rond trekt wanneer je 80 km/h rijd in plaats van 120 km/h, dat is een stuk economischer. Het klinkt logisch maar er zijn maar weinig mensen die het echt doen. Naast het besparen van benzine is 80 km/h rijden ook beter voor je motor die je echt niet stuk wil hebben in de "middle of nowhere" en last but not least is het ook een stuk veiliger. Grote lompe roadtrains (enorme vrachtwagens met 2 of 3 aanhangers) van 50 meter of meer wijken helaas niet zomaar uit en kunnen niet makkelijk remmen. Een steentje in je ruit als zo'n roadtrain voorbij komt is zo gebeurd. Rij je wat langzamer dan kun je op je gemak een goed plekje naast te weg uitzoeken en daar gaan staan tot de roadtrain voorbij is. Een ander berucht gevaar als je hier rondrijdt zijn de dieren. Langs de kant van de weg zie je meer dan geregeld roadkill liggen. Om te voorkomen dat je eigenhandig de dierenpopulatie vermindert, zorg ervoor dat je je overnachtingsplek opzoekt voordat het donker wordt. Probeer dit niet te rekken als er toch nog 'wat licht' is want tijdens zonsop- en ondergang zijn de dieren veruit het meest actief. Heb je nu echt een hele strakke planning en moet je toch echt nog wat kilometers maken, zorg dan dat je tijdens zonsondergang pauzeert en je maaltijd naar binnen werkt en pas weer gaat rijden als het echt helemaal donker is. In het donker met je koplampen zie je vaak ogen oplichten van de dieren, verminder vaart en doe je koplampen uit. Het licht 'bevriest' het dier, maar als je de koplampen uitzet en toetert rennen ze van de weg af. In de Australische woestijnen leven veel wilde kamelen (1,5 miljoen!!), wilde paarden en ezels (10 miljoen) naast natuurlijk de kangaroes, emoes en andere natuurlijke bewonertjes.
Wanneer je de outback in gaat neem altijd voldoende water mee zo'n 4 a 5 lier per dag per persoon + 10 liter extra water als reserve. Bij alle tankstations en homesteads kun je je water opvullen, al wordt het zeker wel gewaardeerd als je dit van te voren even vraagt. Vaak is dit grondwater maar soms ook gewoon regenwater. Het is overal (aan de hoofdweg) veilig om het water te drinken, soms wil het wel eens een beetje anders smaken. Je kan een waterfilter kopen of mengen met cordial (ranja) kan helpen om het lekkerder te maken. Probeer altijd op grote plaatsen te tanken, want bezine is hier bijna altijd goedkoper. Zorg ook voor een extra jerry can met reservebenzine in geval van nood. Op die manier kun je langer vooruit en kun je de kleine (duurdere) plaatsen overslaan om bij te tanken.
Plan je volgende tank stop. Het moet gezegd worden dat de mede weggebruikers over het algemeen ontzettend aardig zijn. Sta je met wat problemen naast de weg dan zullen er zeker mensen zijn die voor je stoppen. In de Northern Territory is het zelfs verplicht om te stoppen als mensen pech hebben puur omdat het een zaak van leven of dood kan betekenen.
Neem voor je gaat veel eten mee, dit is een stuk goedkoper dan het kopen in de outback. Kom je op plaatsen als Mt Isa, Katherine, Darwin, Alice Springs dan kun je je vertrouwde Woolworths of Coles verwachten (Woolworths/Coles = DE supermarkten voor de budget verantwoorde reiziger, hou zeker de kassabonnen bij want deze kunnen je kortingen bieden op brandstof). Op bijna alle andere plaatsen is het eten duur en is er vaak alleen maar basisvoedsel. Prijzen van Woolworths/Coles in de outback zijn vrijwel gelijk aan die van in de rest van het land. In Alice Springs heb je vaak zelfs veel afgeprijsd eten, dus let daar goed op! Zo kun je toch erg lekkere dingen kopen voor een prikkie.
Wanneer je met een camper door de outback reist kun je veel geld besparen door op "rest area's" (rustplekken) te gaan staan en daar te overnachten. Het kan een mooie ervaring zijn! Het is vrij veilig, vooral wanneer je een eindje buiten de grotere steden zit. De kans bestaat dat je met andere campers op dezelfde plek staat, wat de veiligheid vergroot. Sluit 's nachts alle deuren en hou de ramen op een kier. Alhoewel het veilig is en wij het ook zo hebben ervaren loop je toch een beetje risico en deze verklein je door de bovenstaande maatregelen te nemen.
Als je tussen Adelaide en Alice Springs reist heb je "extra" voorzieningen bij de rest area's zoals drinkwater en bankjes. Op andere stukken zoals bij de West McDonnald Ranges zijn er zelfs op gas werkende BBQ's. Het gas is daar aanwezig en het gebruik er van is gratis.
Als je van Cairns naar Darwin rijdt of van Darwin naar Broome, zijn er minder voorzieningen, al worden deze steeds beter en meer en ligt het er aan welke route je neemt. Maar over het algemeen is het zo rustig dat je gewoon naast de weg kunt overnachten zonder er ook maar 1 auto voorbij rijdt gedurende de hele nacht.
Zeker een aanrader mocht je ervoor gekozen hebben om Australie in een 4WD te doen is De Gibb River Road in de Kimberley regio in Western Australia!! Als je ervoor zorgt dat je genoeg water en eten hebt ingeslagen weet je je over het algemeen prima te redden zonder echte voorzieningen. Back to basic! Informeer jezelf op voorhand over de condities van de weg.
In Curtin Springs kun je gratis kamperen (zonder stroom) en voor $1,- kun je een douche nemen. Het is niet de beste douche maar dat je er een hebt is al voldoende. Op de camping kun je ook kameel rijden. Er zijn verschillende soorten ritjes maar de Camel Ride Bij Sunset is voor $30,- echt een aanrader! De tourleider zal je een hoop onzin vertellen en een berg informatie geven. Ook neemt hij ruimschoots te tijd om foto's te maken van jou en je kameel. Erg leuk en het kost niets extra's :) (voor informatie curtinas@ozmail.com.au)
Soms werkt het kamperen op basis van een "honesty box", dit is meestal in "national parks". De bedoeling is dat je zelf je kampeergeld moet betalen. Vaak zijn deze campings best goed voorzien en liggen op mooie plaatsen. Bijvoorbeeld bij de Devils Marbles of bij de West MacDonnell Ranges. Op veel plekken zul je het zonder douche moeten doen of je moet ervoor kiezen om naar een commerciele camping gaan.
De weg tussen Darwin en Adelaide is lang, ontzettend lang. Je zou bijna je stuur niet nodig hebben zo recht is de weg. Het stuk van Darwin naar Three Ways en Elliot is heuvelachtig, zorg dus dat je daar nog even (voor Elliot) tankt, want je brandstof verbruik is wat groter. Veel van de outback is hetzelfde tot aan Alice Springs, daarna verandert dit wanneer je in de richting van Adelaide rijdt. Het word allemaal een stukje diverser om te bekijken.
Het weer in de outback verschilt enorm per seizoen. In de winter zijn de dagen aangenaam rond de 20-25 graden maar de nachten kunnen zeer koud worden. Het vriest regelmatig midwinter, soms tot -10 graden. In de zomer kunnen de temperaturen overdag makkelijk meer dan 40 graden bereiken en 's nachts minimaal afkoelen. In de zomer valt bizar genoeg de meeste regen in de woestijn door de tropische stormen die in het moessonseizen (de Australische zomer) vanuit het Noorden afdalen. Wanneer het regent, zal het storten. Dit betekent dat uit het niets enorme rivieren kunnen ontstaan en wegen afgesloten kunnen worden. Let dus op waarschuwingsborden en hou de weersvoorspelling in de gaten.
Beste tijd om te bezoeken: april - september
Deze temperaturen zijn zeer extreem en kunnen gevaarlijk zijn wanneer je je niet goed voorbereid. Zorg dat je altijd genoeg water drinkt, minimaal 3-4 liter per dag is essentieel. Wanneer je gaat wandelen of bijvoorbeeld de King's Canyon gaat beklimmen heb je aanzienlijk meer nodig. Draag ook altijd een pet of hoed, om zowel je hoofd als je nek te beschermen! Wanneer je nek te warm wordt, warmt het bloed net onder je huid op dat rechtstreeks naar je hersenen gaat. Dit veroorzaakt zonnesteken. Bescherm ook de rest van je lichaam tegen verbranding door de zon. De zon is heel sterk en scherp in de woestijn. Zonnebrandcreme factor 30+ is normaal voor heel Australië (en dan nog zul je zeker bruin worden).
Bezienswaardigheden rond de Alice Springs Outback
MacDonnell Ranges
Naast veel rijden, kun je bij Alice Springs naar de Western of Eastern MacDonnell Ranges gaan, je hebt ongeveer 2 a 4 dagen nodig om hier alles te zien, maar je kunt je er ook zeker langer vermaken als je de tijd hebt. Deze bergketens zijn zeer oud, schitterend en indrukwekkend. Ooit waren ze zo hoog als de Himalaya. Doordat er veel diepe kloven in de bergketens zijn, blijft daar water instaan door het hele jaar heen. Dit trekt veel dieren aan. In deze meertjes en waterplekken zijn zeldzame vissen gevonden, soms zijn ze uniek in 1 plek.
Er zijn verschillende kampeerplekken. De plekken in de nationals parks hebben allemaal een eigen gaspitje en bbq. Bij Ellery Creek Big Hole heb je een goede kampeerplek die met een 2WD te bereiken is. Betaling werkt via een "honesty box". De plekken hebben een WC, BBQ tafels en je kunt zwemmen in de Big Hole. Wanneer je naar Ormiston Gorge gaat heb je een goede wandelroute van 1 a 2 uur, de Ghost Gum Walk. Als je een 4WD hebt, dan kun je naar Redbank Gorge rijden waar je kan kamperen op de top met een fantastisch uitzicht. Het is een prachtige omgeving.
Uluru (Ayers Rock) en Kata Tjuta (The Olgas)
Veel mensen denken dat Uluru in de buurt van Alice Springs ligt, dit is helaas niet zo. Uluru is het meest bekende icoon van Australië en ligt samen met Kata Tjuta (de Olga's) zo'n 200 km van de Stuart Highway. Uluru is 's werelds grootste monoliet. Uluru is een heilige plek voor de lokale Aboriginals. Zij vragen respect door de rots niet te beklimmen, maar de keuze is aan jou.
Jouw ervaring bij deze rotsen zal mede afhankelijk zijn van het weer. Tijdens zonsop- en ondergang verkleurd de rots van grijzig tot feloranje. Het is bijzonder om deze verandering te zien gebeuren. Wanneer het bij zonsopkomst of zonsondergang bewolkt is, verdwijnt het effect van het verkleuren. Gelukkig komt dit niet zo vaak voor. De Base Walk rond om Uluru is een vrij makkelijke, vlakke wandeling. Als je in de warmere seizoenen deze wandeling doet, begin dan wel vroeg, want tegen de middag word het heet. Op deze manier kun je goed zien hoe groot de rots is en toch de Aboriginalcultuur respecteren.
Wil je Uluru beklimmen moet je voor 8:00 's morgens onderweg zijn want daarna sluiten ze het pad vanwege de hitte. In de zomer kan je erop rekenen dat de klim altijd is afgesloten door de gevaren die het met zich meebrengt om in de hitte te klimmen en de gevaren wanneer het waait of regent. Gratis kamperen in de buurt van Ayers Rock zit er helaas niet in. Je bent aangewezen om het (enige) resort daar. Het is niet goedkoop $32,- voor een plek zonder stroom. Probeer niet ergens te overnachten langs de weg want er wordt streng gecontroleerd door de rangers en een boete is duurder dan een nacht betaald kamperen. Faciliteiten op het resort zijn erg goed. Boodschappen kun je beter in het winkeltje net buiten het resort doen. Probeer niet 's nachts of zelfs al tegen de schemering naar Curtin Springs te rijden, 99% kans dat je een kangaroo in je schijnwerpers krijgt. Curtin Springs is te ver weg om op en neer te rijden, zeker om op een dag op tijd te zijn bij de zonsopkomst en zonsondergang. Toegang tot het park kost $25/p.p., dit geeft je 3 dagen toegang tot Uluru en Kata Tjuta.
De wandeling bij Kata Tjuta, Valley of the Winds, is erg mooi; een absolute aanrader! Sommige mensen vinden deze rotsen indrukwekkender dan Uluru. Je kan bijvoorbeeld naar de zonsopkomst kijken van Uluru en daarna de wandeling bij Kata Tjuta doen zo ben je net voor de echte hitte klaar met je wandeling.
Het waait soms erg hard in de Outback, vooral met een camper is dit dan goed te merken. Je snelheid loopt terug en je benzine verbruik loopt merkbaar omhoog wanneer je tegen de wind in rijdt. Ook de libelle achtige beestjes lijken harder op je voorruit kapot te spatten. Allemaal dingen die opvallen als je niets beters te doen hebt dan rijden. Wanneer je in de richting van Adelaide gaat na Alice Springs dan moet je eens op de verkeersborden letten met koeien er op. Bijna alle bordjes (!!!) zijn veranderd door een stel creatieve mensen met erg veel tijd en inspiratie.
100 km voor Coober Pedy is een erg goede gratis camping, goedwerkende douches, wc's en duur internet. Zeker de moeite waard om daar te overnachten!
Kings Canyon
De schitterende kloof Kings Canyon ligt ten Noorden van Uluru. De wandeling langs de bovenrand is een absolute aanrader! Deze wandeling heeft wel de nodige voorbereiding nodig omdat het een aardige klim is naar boven. Maar daar aangekomen, zul je worden beloond met een verrassend uitzicht. Hierna wordt de wandeling veel gemakkelijker, maar zorg dat je blijft oppassen. Overal liggen losse steentjes en rotsen. Neem minimaal 3-4 liter water per persoon mee en loop de wandeling niet midden op de dag. Bescherm jezelf tegen de intense zon. Je kunt kamperen of overnachten in de Kings Canyon Resort.
Mereenie Loop
De 93 km lange Mereenie Loop 'gravel road' verbindt King's Canyon met het Westelijke gedeelte van de MacDonnell Ranges en is aanzienlijk korter dan terugrijden naar Alice Springs en dan door naar de MacDonnell Ranges. Over het algemeen is de conditie van deze weg slecht. Er zijn veel hobbels (corrugation) en menig auto is hier op kapot gehobbeld, een 4WD wordt aangeraden. Kijk ook hier uit voor de ellelange road trains.
Je moet een 'permit' hebben voor deze weg omdat hij door Aboriginalland loopt, deze kost $2,20 en is te verkrijgen bij de Alice Springs Tourist Office, in Hermannsburg, in Glen Helen en in de Kings Canyon Resort.
Palm Valley - Finke National Park
Palm Valley ligt 138 km ten Westen van Alice Springs. Je kunt hier de indrukwekkende Palm vallei bezoeken waar zeldzame palmbomen en dieren zijn te bewonderen. Bij de vallei ligt een kampeerplek met douches, toiletten, bbq's en vuurplekken. Je kunt hier mooie wandelingen maken, de dieren en omgeving bewonderen, 's avonds bij een kampvuur de melkweg aan je voorbij zien trekken en genieten van de stilte van de woestijn.
Het park is het hele jaar toegankelijk behalve wanneer de Finke rivier stroomt. Als dit gebeurt, zal het in de zomermaanden zijn. Beste tijd om deze plek te bezoeken is in de koelere maanden van het jaar, tussen april en september. 4WD wordt aangeraden.
Coober Pedy (Zuid-Australië)
Kom je in Coober Pedy dan zal het landschap flink veranderen. Overal zijn flinke moerenhopen gemaakt door de opaal zoekers. Het is niet toegestaan op de velden te lopen, wat de grappige borden je duidelijk proberen te maken. Coober Pedy is een aparte plaats. Ook de huizen verschillen van het normale. Veel van de gebouwen zitten onder de grond, zij zijn in de rotsen uitgehouwen. De zomertemperaturen lopen hier namelijk makkelijk op tot 45+ graden. Niet alles is onder de grond gebouwd wat velen wel verwachten. Het onder de grond bouwen heeft verschillende redenen. Ten eerste tegen de warmte buiten. Ten tweede omdat dit de enige legale manier is om naar opaal te zoeken zonder vergunning. Blaas je een stuk op onder de grond om er een leuke keuken aan te zetten en vind je "toevallig" opaal dan mag je het houden en verkopen. Zo heeft 1 persoon zijn keuken en badkamer betaald. Het museum geeft veel informatie over het leven in Coober Pedy. Er is ook echt opaal te bewonderen in het museum.
Tot slot nog wat dieselprijzen uit de outback. Over het algemeen geldt, hoe verder je van de grotere plaatsen en de kust afkomt, des te duurder de brandstof wordt.
In Coober Pedy is een Shell benzine pomp, die is een stukje goedkoper dan de andere 2 tankstations. Deze is eigenlijk voor de lokale bevolking en ligt dan ook wat achteraf, maar je kunt hier rustig tanken. Hij is van maandag tot vrijdag tot 17:00 geopend. Op zaterdag, zondag en feestdagen is die gesloten. Er is zelfs nog een goedkopere als deze. Die benzinepomp ziet er wat ouderwets uit maar scheelt aanzienlijk in de prijs. Vraag aan een local waar deze zit.
Reizen door de Australische woestijn zal een ervaring zijn die je nooit zult vergeten!
